de zee is groot genoeg
de branding slaat de sterren op het hemelbrede strand
van aarde donkere aarde
en ik sta aan de kant
wel te rusten
langs de kusten
vloeien golfjes heen en weer
en van al die duizendtallen
keert er ooit geen enkel weer
maar de deur staat op een kier
het licht is onderweg door jou en mij telkens weer
alleen de gaten blijven achter
ik laat op de rechte regels van de grijze plooien
woorden in het lege vallen
totdat er misschien een stem van komt
het riviergezicht staat deze dag zo opvallend strak gespannen
ik snijd me aan de golven en aan het vale licht dat daarop drijft
de meeuwen doen mij zelfs pijn
© 2000
Rik Meeldijk / De Gekooide Roos