‘Ze vonden mijn naam,’ zei de schoorsteenveger,
zijn stem verstopt alsof hij een hap roet had ingeslikt,
‘In een smeekbrief van een zoon, die vroeg of
de oude vader zijn korte tijd van leven niet in het huisje
blijven mocht en daar sterven. Uiteraard overwoog
de eigenaar het geen seconde. Dus werd de doodzieke
met alle anderen van het land verdreven. Alleen
die studenten die de archieven doorgroeven, konden
geen direkt verband bewijzen. Een overgrootvader, of
een oudoom zelfs maar.’ Hij keek op zijn horloge en laadde
zijn ladders op. Een week later kwam ik hem tegen
in het restaurant van het Hongersnood Museum. Samen
met het hele gezin. ‘Je eet hier nergens beter in de buurt,’
legde hij uit. Zijn zoon, die grinnikend naar hem opkeek, zat
achter een slordige hooiberg patat. Met ketchup verwond.
‘Alleen ze zijn afgrijselijk stipt wat de tijd betreft.’
* Strokestown House, Co. Roscommon, Ierland
© 2000
Henk Van Kerkwijk / De Gekooide Roos