Frans Terken, (1949, Heerlen) was daar eind 60-er jaren in Zuid-Limburg al actief als dichter; maakte deel uit van een dichtersgroep aldaar en publiceerde toen gedichten in de "Dichtershoek" van het Algemeen Handelsblad.

Sinds begin 70-er jaren is hij woonachtig in de omgeving van Leiden. Zijn poëzie had in die tijd vooral een politiek-actueel karakter en hij trad daarmee op op verschillende open podia.

Tegenwoordig is hij actief in een dichtersgroep bij het LAK in Leiden, waar hij deelnam aan workshops bij Elly de Waard en Ilja Pfeiffer. Hij neemt ook deel aan activiteiten van het Leids Dichtersgilde.

Impressies en gebeurtenissen uit het leven van alledag zijn een inspiratiebron naast het schrijven zelf en de beeldende kunst. De drang om deze in een beeldende taal te vatten is de motor van zijn poëzie. Een aantal gedichten zijn geplaatst op diverse Internetsites; hij publiceerde in het Internettijdschrift Meander op Zondag en o.m. op het Dichtersweb en Schrijverspodium. In eigen beheer heeft hij uitgegeven de bundels Binnenplaatsen (2000), Leidse Anatomie, een cyclus van 8 gedichten n.a.v. de gelijknamige tentoonstelling in Museum Boerhaave te Leiden (2001) en Op het plaveisel (2002). Het gedicht Vader uit deze bundel kreeg een eervolle vermelding bij de toekenning van de Dunya Poëzieprijs in Rotterdam.

Hij leest regelmatig voor op literaire podia o.m. in Amsterdam (Helmers, Pompoen, Festina, Café Eylders, de Badcuyp), Den Haag (Touss 50), Delft (Jambe), Zoetermeer (de Graanschuur), Leiden (LAK, de X), Eindhoven (Kraay en Balder), Zaandam.

Meer over/van Frans Terken op zijn blog-stek