Geheim, geheim stil
grondig leven, dat is
gebogen naar de grond.
In de tyger vinden
soms wat pijlen geluid
van buiten het hok
dat hij is plaats.
Hij hoort ze maar hij hoort niets.
Een autoband bloedt vlees.
Beest incognito draaft achteloos
zijn achtjes - rammelt er
iets aan zijn bonte spijlen?
[Gekooid, zegt u dat wel.]
De kop van de tyger
deint tot op een haar
van de slijtende grond,
waaronder beton soms
pokdalig zichtbaar wordt,
oppasser.
Daar zijn oog op fixeren,
zijn paar kilo brein.
Er moet worden gedood.
Er moet iets weggesneden zijn
© 2003
Onno Kosters / De Gekooide Roos
Over Onno Kosters
Onno Kosters (1962)
Publiceerde essays over literatuur, vertalingen, verhalen en gedichten (in o.m. Raster, Bzzlletin, De Gids, De Brakke Hond, Deus exMachina, De Poëziekrant) en een proefschrift (1999: Ending in Progress: Final Sections James Joyce's Prose Fictions).