Tom Wouters De parachutist
Als kind dacht ik dat als je iets wilde, je er alleen maar verder van weg dreef. Op een ijsschots zitten en willen dat je kunt zwemmen levert alleen maar op dat je eiland van ijs smelt en dat je verdrinkt. Eigenlijk denk ik dat nog steeds. Daarom ga ik zoveel mogelijk confrontaties met mijn verlangens uit de weg. Omdat ik geloof dat het ongeluk brengt.
Ik maak deel uit van een tijd waarin alles staat te gebeuren. Een van de volgende jaren scheurt de aarde open en eet hij iedereen op die ongewenst is. Nooit zal ze zo slecht gegeten hebben.
Intussen vertel ik mensen het tegenovergestelde. Dat we in de leegste tijd ooit leven en dat we er voor eeuwig in vastzitten. De klok is stilgezet en vooruitgang – als we dat al hebben gekend – zit er niet meer in. De evolutie is gestopt. We zijn met te veel, er is te veel gebeurd om nog iets nieuws te kunnen beleven. We hebben elkaar zelfs uitgemoord. Bij de meeste diersoorten gebeurt zoiets niet. Tenzij ze op twee benen lopen en in elke taal het woord ’liefde’ liegen.
*
Daarom hang ik hier al enkele weken lang. Ondanks het feit dat tijd niet meer beweegt, tikt mijn horloge verder. Dát noem ik pas een anachronisme.
Het voordeel van leegtes is dat ze tegelijk ook erg open zijn. Geen gevoel van gevangenschap hier. Je beweegt in het niets, je staat eigenlijk stil, maar omdat alles hetzelfde is merk je er niets van. Hoe zou ik anders al die weken met een parachute door de lucht hebben kunnen zweven, zonder ook maar een moment hoogte te verliezen? Misschien is het voorbij zodra ik het gevoel krijg dat ik kan vallen. Iets niet willen zorgt ervoor dat het gebeurt. Het werkt net als ijsschotsen. Het is zo logisch als een ijsbeer.
Als kind deed ik trouwens wel meer dingen die me later tot nut bleken. Als ik erover nadenk is het leven tussen mijn derde en zesde jaar de tijd geweest waarin ik alles wat waardevol is heb geleerd. Vooral dat je moet geloven in alles wat je fantaseert. Als ik in de lucht een draak zag, was hij er ook. Ook al zag ik hem als enige. Het is niet omdat andere mensen blind zijn dat jij dat ook bent.
*
Ik heb altijd veel leuke dagen met mijn onzichtbare vrienden doorgebracht. Boven in de top van een eik leerde ik dat oude bomen graag een sigaar zouden kunnen roken, omdat ze zo van die geur houden. In het grasveld naast het eikenbos leerde ik dat vergeet-me-nietjes verstoppertje spelen het leukste van de hele wereld vinden.
Al die dingen verzweeg men op school. Daar draaide het om logica. Begrijp me niet verkeerd, ik heb altijd genoten van de afwisseling tussen die twee werelden. Als ik bij andere kinderen was, sprak ik hun taal en negeerde het gejammer van de plataan die zo graag nog eens wou dat de kapper kwam. Ik voetbalde, speelde met knikkers en zorgde ervoor dat ik bij het doen van al die dingen vooral niet viel.
*
Ooit wolk gegeten? Het smaakt nergens naar. En toch. Denk dat het citroen is en je proeft het. Hoop dat het citroen is en je proeft vlakgom. Natuurlijk zijn mijn beweegredenen om hier te zweven niet leuk. Ik brak mijn eigen regel en om te ontsnappen besloot ik te zweven. Niet vliegen, dat is voor draken. Het gaat om liefde. En ik was de leugenaar. Jezelf bedriegen is een parachutesprong waard. Meer valt er niet over te zeggen. Liefdesverdriet. Liefdesverhalen. Iedereen weet hoe ze beginnen, iedereen weet hoe ze verlopen. Wil je weten hoe het ging? Stop hier en lees een ander verhaal. Maakt niet uit welk . Elke waarheid is er een. Ik blijf hier wel hangen tot je weer verder kunt.
*
Slapen in de lucht gaat tien keer beter dan op een matras. Je zweeft maar wat, je benen bengelen en het idee dat de druppeltjes speeksel die uit je mondhoek naar beneden vallen iemand naar een paraplu doen grijpen, terwijl die mompelt “huh, het regent”, vervult me met plezier. Kom ik te zweverig over? Kan ook niet anders natuurlijk. Eigenlijk ben ik zo vlak als een parallelogram. Draai me rond en ik verdwijn. Ik ga de wereld niet veranderen, ik heb niets te vertellen en toch, omdat ik nu eenmaal iets wil doen, vertel ik. Een verhaal dat iedereen al gehoord heeft en dat iedereen zelf zou kunnen vertellen.
Soms denk ik dat alles al in ons hoofd is geschreven. Er bestaat het verhaal over een foto die iedereen zich herinnert, maar die niemand ooit echt gezien heeft. Als ik hem gezien zou hebben had ik kunnen vertellen dat ons geheugen dingen vertelt die niet waar zijn. Maar ik herinner me het anders.
*
Ik zou kunnen vertellen dat ik ’s nachts door de sterren zweef, maar zij die het kunnen weten zouden me vertellen dat ik een leugenaar ben. “De enige bereikbare ster is de zon”, zouden ze zeggen. Overdag lacht de zon me uit als ik hem dat vertel. “Jullie geloven ook alles”. Ik lach met hem mee.
Op een nacht heb ik mezelf voor deze tocht voorbereid. Ik nam stof, touw en sprong van de hoogste rots die ik kon vinden. Zo zweefde ik. Zo zweef ik nu al weken. Ik heb vogels gezien die nooit onder de wolken vliegen, omdat ze bang zijn voor de regen. Ik heb dingen gezien die ik me niet kon voorstellen. Maar ik ben slechts boodschapper. Het is jouw fantasie. Misschien gaat het er wel om dat ik dit niet vertel, maar dat jij het doet.
*
Ik zou op een bepaald moment ergens kunnen landen, in een dorpje waar nooit iemand komt. Ik zou kunnen blijven rondzweven, mijn hele leven en zelfs heel lang daarna. Wat ik doe speelt uiteindelijk geen rol. Ik ben op het punt beland dat ik geen woorden meer hoef te gebruiken. Dat jij die voor mij in mijn mond komt leggen. Het enige wat je moet onthouden is dat je alles gelooft wat je zegt. Pas dan wordt de realiteit echt.

Over Tom Wouters

Tom Wouters (1984) Volbrengt momenteel zijn laatste jaar Vertaler – Tolk Duits-Engels aan de Lessius Hogeschool in Antwerpen. Houdt zich voornamelijk bezig met schrijven en muziek maken. Favoriete auteurs zijn Kurt Vonnegut Jr. en Haruki Murakami vanwege hun pogingen de literatuur een licht surrealistische tint te geven.