Tsead Bruinja Schuim
eerst het kleine flesje van het hotel dat in een streep onder water op de bodem ligt waar ze haar voet doorheen haalt om te kijken of het water niet te warm is een restje zeep dat we hebben meegenomen voor de zekerheid dan de bal badzout die ik over de rand rol die met een plons in het water valt en bruist kietelt kriebelt hoe ze lachend verdwijnt onder het schuim terwijl ik de camera haal en de handdoeken op de vloer leg om het smeltende bellenpaleis op te vangen ik kom erbij ik kom eraan nog even en ik heb een baard een hoed en een snor van schuim het water stijgt de bergen storten langzaam in als ik uitstap en de badjas voor haar klaarleg op het wc-deksel hoeven we over trouw- plannen niet meer te beginnen de cadeaus staan op tafel de koffie staat ernaast vreedzaam te dampen
uit de bundel bang voor de bal,
uitgegeven door Cossee, Amsterdam, 2007

Over Tsead Bruinja

“...Tsead Bruinja is een romanticus in de traditie van Heine, Haverschmidt en Slauerhoff, want de sprekers in zijn gedichten zijn permanent ontheemd, onfortuinlijk verliefd, bezeten van doodsdrift en onstilbare verlangens... Hoewel niet alle gedichten in Dat het zo hoorde volledig overtuigen, heeft Bruinja een eigen stijl die de lezer meesleept en inpakt.”
Piet Gerbrandy, De Volkskrant, 2003
Alles en meer over Tsead Bruinja